A. Jeugdgezondheidszorg :
Volgens de Jeugdwet is er meer verbinding mogelijk tussen de (preventief werkende)
jeugdgezondheidszorg (JGZ) 0-18 jaar en de jeugdzorg. De Jeugdwet heeft als uitgangspunt
meer in te zetten op preventie en eigen kracht van de jeugdige en zijn of haar omgeving.
Hierbij is flexibiliteit in de uitvoering van het aanbod mogelijk: jeugdartsen en
jeugdverpleegkundigen bieden in beginsel zorg aan alle kinderen in Nederland. Zij zijn echter
vrij om - samen met de ouder(s) - te besluiten dat ze bepaalde elementen niet of op een
andere manier uitvoeren. Hierdoor is het mogelijk om voor elk kind samen met de ouders een
uniek, bij dit kind passend, pad uit te stippelen, waarvoor in 2021 de aanzet is gemaakt . Zo is er aandacht voor de eerste 1000 dagen (Kansrijke Start) en gaan we gezondheidsachter-standen verkleinen. Dit doen we door een gezonde leefstijl (denk aan rookvrije generatie) en gezonde voeding te stimuleren. Ook zetten we ons in voor vroegsignalering motorische ontwikkeling. In 2021 is een voorstel gedaan om te starten met de pilot centering parenting via o.a. GGD , verloskundigen en kraamzorg vanuit de Gidsgelden (Gezond in de Stad) en impulsgelden Kansrijke Start. De uitwerking zal plaatsvinden in 2022 en 2023.
Tenslotte maken we met de jeugdgezondheidszorg afspraken over de invoering van het
prenataal huisbezoek in onze gemeente. Dit alles gebeurt ook in overleg en afstemming met
de werkgroep Kansrijke Start.
Aansluiting gezondheidszorg , jeugdhulp en onderwijszorg en werk :
Vanuit de EMOVO 2021 (onderzoek bij jongeren in het Voortgezet Onderwijs) blijken Beuningse jongeren de laatste jaren meer risico’s te lopen. Dit sluit aan op het ingezette Nationaal Programma Onderwijs om achterstanden veroorzaakt door COVID-9 aan te pakken voor de komende jaren. Daarom willen we in aansluiting op het onderwijs de weerbaarheid en
veerkracht van jongeren helpen vergroten via schoolmaatschappelijk werk in het Voortgezet Onderwijs en in het Primair Onderwijs. daarnaast zetten we met de kindcentra, GGD en buurtcoaches in op meer beweging voor kinderen en met Kion en de kindcentra op taalstimuleringsprogramma's. Via leerplicht hadden we met het oog op Corona aandacht voor signalering als M@zl (aandacht voor zieke leerlingen) en signalering via Jeugdartsen, leerplicht, Zorg binnen het Onderwijs en jongerenwerk.
In het Rijk van Nijmegen werken met een regionaal programma voortijdig schoolverlaten (vsv) 2021-2024. De zeven gemeenten uit het Rijk van Nijmegen werken hierin samen met de scholen voor voortgezet- en middelbaar beroepsonderwijs, het regionaal WerkBedrijf en de jongeren.
“We laten een (kwetsbare) jongere pas los als de basis voor elkaar is.”
Het vsv-programma is erop gericht dat iedere jongere op school zit, aan het werk is en zo nodig een aansluitend zorgaanbod ontvangt. Ieder jaar verlaten bijna 400 jongeren in onze regio het onderwijs zonder startkwalificatie (minimaal diploma havo of mbo niveau 2).
Met elkaar zorgen we ervoor dat leerlingen de juiste ondersteuning en zorg kunnen krijgen, naar een vervolgopleiding of naar de arbeidsmarkt zo soepel mogelijk verloopt en dat het aantal voortijdige schoolverlaters zo laag mogelijk is. Dit doen we aan de hand van een aantal pilots zoals collectieve financiering van jeugdhulp binnen het onderwijs. Het gaat hier om scholen voor voortgezet speciaal onderwijs, praktijkonderwijs en zorg intensieve scholen in regulier onderwijs zoals de Monnikskap en het FlexCollege. Op basis van goede, landelijke voorbeelden en ervaringen binnen het project op de Maartenschool wordt nu een plan van aanpak gemaakt om op korte termijn te kunnen starten met de uitvoering.
Daarnaast versterken we de samenwerking tussen zorgteams op school en in de wijken en dorpen. De wens vanuit de deelnemende scholen en de gemeenten is om de praktische werkrelaties tussen de partners in en om school te verbeteren. Om daadwerkelijk stappen te kunnen zetten is gekozen om te starten met praktische en op uitvoering gerichte werksessies per school of per scholen uit hetzelfde gebied.
Gemeenten waar een Voortgezet Onderwijs school staat, hebben middelen van het rijk ontvangen om de nadelige effecten van de corona maatregelen te compenseren. Via het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) Nijmegen zijn deze extra middelen beschikbaar gesteld voor schoolmaatschappelijk werk op het voortgezet onderwijs en mbo. Ook wordt de inzet van jongerenwerk uitgebreid naar alle VO-scholen en verlengen in 2022. Dit kot ook ten goede van de Beuningse jongeren.
B. Peuter- en kinderopvang en Kindcentra :
We hebben in 2021 de positie van jonge kinderen verstevigd door de Voor- en Vroegschoolse mogelijkheden te benutten en om passende kinderopvang uit te breiden naar kinderen tot en met 6 jaar en de doorlopende leerlijn in het primair onderwijs. We koppelen dit aan onze ambities voor onderwijsachterstandbeleid en de doorontwikkeling van de kindcentra en een onderzoek naar mogelijkheden voor een expertisecentrum voor het jonge kind om te voorkomen dat kinderen doorstromen naar het speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs in de regio. Bij de Passende kinderopvang organiseren we voor kinderen in de voorschoolse leeftijd een passende vorm van opvang, bij voorkeur in de eigen omgeving.
C. Individuele voorzieningen Natura Jeugd :
Het is onze gemeentelijke taak om te zorgen voor voldoende zorgaanbod, op het juiste moment, tegen aanvaardbare kosten. Door er eerder bij te zijn en de invloed van COVID-19 zien we in 2021 het volgende : De grootste afwijking is zichtbaar binnen de basis- en specialistische GGZ. Het gaat vaak om relatief korte trajecten in vergelijking met sommige andere jeugdvoorzieningen. Dit product kenmerkt zich door fluctuaties in de aantallen en de trajectduur. Zo zien we dat in 2021 de trajectduur iets is toegenomen, terwijl het aantal cliënten iets lager ligt dan in 2020. Gedurende 2021 is het budget voor basis- en specialistische ggz diverse keren bijgesteld en uiteindelijk blijkt dat de realisatie iets lager ligt dan bij de herfstnota was ingeschat. Met deze trajecten, kunnen jongeren hun leven vaak weer zelf oppakken. Hiermee proberen we de zorg met verblijf te voorkomen.
In 2021 werd duidelijk dat we grip willen houden op het Sociaal Domein. Voordat kinderen in jeugdzorg met verblijf terechtkomen, gaan we uit van preventie en vroegsignalering. Hiervoor blijven we gericht investeren in de jeugdgezondheidszorg, peuter- en kinderopvang, jongerenwerk en het onderwijs.
Een brede basis van toegankelijke voorzieningen dicht bij de inwoners vormt de basis van ons systeem. In 2021 betekent dit een hoge werkdruk bij het Sociaal Team en is gekeken hoe we de bedrijfsvoering efficiënter kunnen inrichten. Hierbij werken we aan versterking via de netwerksamenwerking en via kortdurende hulp en preventieve inzet. We leggen intensiever contact met onderwijsinstellingen en kindcentra, de jeugdgezondheidszorg, huisartsen en psychologen en werken met vaste contactpersonen. In 2021 zijn accenten gelegd vanuit de signalen die uit het veld kwamen. Zo zetten we de samenwerking met psychologenpraktijken Aalsterveld en Thujapark voort in aansluiting op het Sociaal Team en kunnen we jeugdigen tijdig naar de juiste en passende zorg leiden in samenwerking met o.a. jongerenwerk. Ook benutten we het voorliggende veld beter. We gaan uit van het concept positieve gezondheid: jongeren in staat stellen om met fysieke, emotionele en sociale uitdagingen om te gaan en zoveel mogelijk eigen regie te voeren. In de gemeenteraad is in 2021 besloten om op aanvraag van de huisartsen met een Praktijkondersteuner Jeugd in 2022 te starten.
We zorgen voor een passende aansluiting tussen jeugdhulp en zorg binnen het onderwijs. In 2021 hebben we ons netwerk nu vooral lokaal georganiseerd, waarbij we een goede
samenwerking hebben met de scholen en kinderopvang (kindcentra). In 2021 is er ook gewerkt aan een subregionale samenwerking tussen de gemeenten Beuningen, Druten en West Maas en Waal. We zoeken daarbij naar de afstemming met de activiteiten die in het ondersteuningsplan staan van het samenwerkingsverband voor het primair onderwijs in de regio.
In 2021 zijn we samen gaan werken met het Voortgezet Onderwijs (vo) via pilots waarbij Jeugdhulp aansluit op het passend onderwijs. Deze worden verder uitgewerkt in 2022. Het gaat hierbij om de pilots over gezamenlijke financiering , over vaste gezichten en solide samenwerking en over het versterken van Schoolmaatschappelijk Werk (Smw). In het kader van preventie hebben we gekeken met de scholen voor VO , het samenwerkingsverband en regiogemeenten naar de preventieve activiteiten die plaatsvinden en hoe we meer bekend kunnen maken, hoe we daarbij elkaar beter kunnen vinden om onze jeugd beter te ondersteunen. Dit kan o.a. via een effectief ‘kennis en uitwisselingsnetwerk’ , rekening houdend met plannen die vanuit de NPO gelden ontwikkeld worden.
D. Veiligheid, jeugdreclassering, opvang Jeugd:
Ook in 2021 waren we wettelijk verplicht om jeugdhulp te leveren en rechterlijke uitspraken zijn bindend. We zijn hiervoor aangesloten op het regionale plan ‘Zoveel mogelijk thuis’. Dit
betekent dat kinderen kansen krijgen om zoveel als mogelijk, maar veilig, thuis op te groeien
met ambulante ondersteuning. Als verblijf buitenshuis noodzakelijk is, gaan we voor een ‘zo
thuis mogelijke’ oplossing, zoals kleinschalige woonvormen of een gezinshuis. Meer informatie is te vinden op de in 2021 gelanceerde regionale website : https://jeugdregionijmegen.nl
Ook de verblijfsvoorzieningen blijven maatwerk met een open eindfinanciering.
De intensieve jeugdhulp, bijvoorbeeld jeugdhulp met verblijf en jeugdbescherming en –reclassering, kenmerkt zich door de nodige fluctuaties: het betreft soms kleine aantallen, maar waarbij de kostprijs van één traject wel hoog ligt. De onvoorspelbaarheid van het uiteindelijke aantal trajecten maakt dat de realisatie – ondanks meerdere bijstellingen in de loop van 2021 – toch nog afwijkt van prognose zoals die bij de herfstnota luidt. De grootste afwijking wordt veroorzaakt door een toename in uitgaven voor jeugdbescherming en –reclassering. Het aantal indicaties is met 4 gestegen (van 90 naar 94) en dat draagt gedeeltelijk bij aan de stijging. Daarnaast leiden fluctuaties in trajectduur tot een afwijking ten opzichte van de begroting.
Gelderse Verbeteragenda :
In 2021 is op aandringen de minister gestart om een Gelderse Verbeteragenda op te stellen waarin alle basisafspraken op het gebied van het nieuwe jeugdbeschermingscontract, als tevens de samenwerkingsafspraken in de praktijk vastgelegd. We voeren deze basisafspraken ook in 2022 verder uit. Concreet houdt dit het volgende in:
1. Samenwerken en kennisdelen vanuit één visie met Veilig Thuis, Jeugdbescherming en de Raad voor de Kinderbescherming. De Gelderse Verbeteragenda-afspraken betekenen ook dat de opdracht voor de sociale wijkteams / lokale teams gaat veranderen. Deze aken sluiten ook aan bij het landelijk Toekomstscenario kind en gezinsbescherming dat in maart 2021 is gepubliceerd.
2. Contracten en basisafspraken, tarieven en contracten van de jeugdbescherming worden vanaf 2022 op Gelders niveau geüniformeerd om de aandacht en zorg voor kwetsbare gezinnen in heel Gelderland te kunnen verbeteren.
Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (HGKM) :
We hebben in 2021 vooral gevaren op de regionale uitvoering aanpak HGKM . Aanvullend daarop zijn we in 2021 gestart met de aanzet voor een lokale aanpak voor Beuningen , die door loopt in 2022. De cliëntenraad en lokale ketenpartners in onze gemeente rondom HGKM worden hier actief bij betrokken. Op die manier wordt het lokale plan van aanpak rondom huiselijk geweld en kindermishandeling toegespitst op de wensen en behoeftes van onze inwoners en signalen van ketenpartners.